De Aziatische fruitvlieg, oftewel ‘spotted-wing Drosophila‘ (Drosophila suzukii) is aan een opmars in Europa bezig. Tot voor 2008 kwam dit bijzonder schadelijk insect enkel in Zuid-Oost Azië voor. De laatste jaren heeft het zich echter razend snel verspreid in andere werelddelen (Amerika, Europa), en daar aanzienlijke schade in verschillende fruitgewassen veroorzaakt. Ze behoort tot de familie van Drosophilidae, die alle typische fruitvliegjes (‘bananenvliegjes’) herbergt. In tegenstelling tot de meeste andere fruitvliegjes die hun eitjes in rot fruit leggen, doet Drosophila suzukii dat in rijpend fruit. Ze is dus in staat gezonde vruchten nog voor de oogst te beschadigen. In die zin lijkt ze meer op de bij ons goed gekende kersenvlieg (Rhagoletis cerasi) die weliswaar tot een andere familie behoort, nl. die van de boorvliegen (Tephritidae). In tegenstelling tot de kersenvlieg beperkt ze zich echter niet tot kersen, maar legt ze haar eieren ook in ander fruit.
De Aziatische fruitvlieg is ongeveer 2 tot 3 mm groot. Ze heeft rode ogen, een bleek bruin borststuk en een zwartgestreept achterlijf. Via de donkere vlekken in de vleugeltoppen bij de mannetjes kunnen ze gemakkelijk onderscheiden worden van andere fruitvliegjes. Tevens hebben ze lang behaarde sprietborstels op de antennes. Het vrouwtje legt haar eitje net onder de vruchthuid. Hieruit komt een made die zich met het vruchtvlees voedt. De beschadigde vruchten worden vervolgens gemakkelijk besmet bacteriën en schimmels, waardoor ze beginnen te rotten. Na het doorlopen van 3 larvale stadia zullen de volgroeide maden (tot 3.5 mm groot) verpoppen in de vruchten of daarbuiten. Onder goede omstandigheden kunnen de vrouwtjes in korte tijd tot 380 eitjes leggen, met 2 à 3 eitjes per legplaats. Na 3 generaties zijn dat +/- 27 miljoen volwassen vliegjes! De optimale ontwikkelingstemperatuur is 20 °C, maar ze verdragen temperaturen tussen 0 °C en 30 °C en worden geacht niet te strenge winters te overleven (als volwassen vlieg in winterrust).
Zoals voor alle invasieve plaaginsecten geldt is een snelle detectie de beste verdediging. Dit laat immers toe om onmiddellijk in te grijpen en zodoende te voorkomen dat het insect zich kan installeren en vermenigvuldigen. Zowat alle fruittelers (professioneel en liefhebbers) moeten alert zijn, gezien deze fruitvlieg haar eieren legt in kleinfruit, alsmede in een grote reeks van andere fruitsoorten, waaronder kiwi’s, druiven en vijgen. Daarnaast kan deze soort zich vermeerderen in reeds beschadigde appels en in een groot aantal wilde bessen.
Waarnemen, waarschuwen en ingrijpen met gerichte en doeltreffende beheersacties zijn de basisingrediënten voor een goede geïntegreerde bestrijding. Het Proefcentrum Fruitteelt (pcfruit vzw) verspreidt reeds jarenlang waarschuwingsberichten naar de fruittelers. Deze waarschuwingsdienst heeft als doel de aanwezige plagen zo goed mogelijk te beheersen en te vermijden dat nieuwe insecten of mijten een kans krijgen om zich te vestigen en te ontwikkelen tot een plaag. Hiervoor worden binnen pcfruit vzw continu waarnemingen uitgevoerd naar de activiteit en ontwikkelingsstadia van zowel schadelijke als nuttige insecten en mijten in de fruitteelt (zowel pit- en steenfruit als aardbeien en houtig kleinfruit, waaronder sinds recent ook druiventeelt). Daarnaast coördineert pcfruit een netwerk van waarnemingsposten, verspreid over heel België, dat specifieke waarnemingen op lokaal niveau verzorgt. Hierdoor kunnen per regio de tendensen in parasietontwikkeling en populatieopbouw opgevolgd worden. De waarnemingen lopen bijna het ganse jaar door, van de eerste activiteit van de perenbladvlo tot het einde van de vluchten van de wintervlinder. Van de vlinders en motten die aangetrokken worden door feromonen, wordt de vlucht op 29 waarnemersposten opgevolgd aan de hand van feromoonvallen. Andere insecten en mijten worden opgevolgd aan de hand van kloppingen, visuele waarnemingen of aan de hand van zeer specifieke licht- of kleurenvallen. Sinds de eerste waarnemingen van Drosophila suzuki in Europa en in de VS in 2009, heeft deze plaag zich zeer snel verspreid en is in Europa inmiddels een belangrijke plaag in Frankrijk, Spanje en Italië. Daarnaast is deze soort aangetroffen in Slovenië, Zwitserland, Duitsland, Oostenrijk, Kroatië en is er recentelijk één exemplaar in België (Oostende) gedetecteerd.
Met de opmars van de Drosophila suzukii in Europa, zal eventuele aanwezigheid van deze fruitvlieg de komende jaren uiteraard nauwlettend in de gaten gehouden moeten worden. Dit is absoluut noodzakelijk om te voorkomen dat dit invasief insect zich in België zal installeren en ook hier kan uitgroeien tot de belangrijke schadeverwekker die ze momenteel reeds is in buitenlandse fruitteeltregio’s. Hiervoor voorzien we in 2012 een monitoring met behulp van de Droso-trap vallen die door de R&D-afdeling van Biobest werden ontwikkeld. Deze monitoring wordt in eerste instantie beperkt tot een aantal waarnemersposten die uitgerust zullen worden met de val (hoofdzakelijk in kersenboomgaarden en aardbeienpercelen). Daarnaast hopen we zo spoedig mogelijk via projectsteun een meer systematische monitoring te kunnen uitvoeren, evenals doeltreffende beheersmaatregelen uit te werken.
Auteur: Tim Beliën, Proefcentrum Fruitteelt Tongeren, afdeling Zoölogie
Specificeer je locatie en voorkeurtaal om meer relevant advies en informatie te ontvangen. Bedankt!
PS: schakel cookies in om uw voorkeuren te onthouden.
Vul je gegevens in en ontvang de meest relevante updates.
Vul je gegevens in en ontvang de meest relevante updates.
Vul je gegevens in en ontvang de meest relevante updates.